Houdingstherapie: houding verbeteren en klachten voorkomen
Houdingstherapie helpt je houding verbeteren en rug, nek en schouderklachten verminderen. Elk lichaam compenseert en ademt op zijn eigen manier. Dat klinkt onschuldig, maar die compensaties kunnen op de lange termijn leiden tot pijn, spanning en vermoeidheid. Denk aan een bekken dat scheef staat, een ribbenkast die niet goed beweegt of een ademhaling die vooral via de schouders verloopt.
In dit artikel ontdek je stap voor stap hoe houdingstherapie werkt en waarom het zoveel impact kan hebben op je dagelijks leven.
Waarom ieder lichaam compenseert
Ons lichaam is slim. Wanneer spieren of gewrichten minder goed functioneren, neemt een ander deel van het lichaam de taak over. Dat heet compenseren. Een beetje compensatie is normaal en vaak tijdelijk. Maar als je jarenlang verkeerd compenseert, ontstaan klachten.
Veel voorkomende voorbeelden zijn:
-
Een bekken dat naar voren kantelt, waardoor de onderrug overbelast raakt.
-
Een ribbenkast die constant in een “inademstand” staat, wat leidt tot spanning in de nek en schouders.
-
Een ademhaling die vooral hoog in de borst plaatsvindt, waardoor het middenrif minder actief is.
Houdingstherapie richt zich op het doorbreken van deze patronen en het herstellen van de natuurlijke balans.
Stap 1: In kaart brengen van compensaties
De eerste stap is altijd een assessment. Hierbij kijken we naar hoe jij beweegt, staat en ademt. We analyseren onder andere:
-
Bekkenstand: staat je bekken naar voren of juist naar achteren gekanteld? Dit beïnvloedt je hele wervelkolom.
-
Ribbenkaststand: beweegt je borstkas soepel mee tijdens ademhaling of staat hij vast in één positie?
-
Ademhaling: adem je via je buik, flanken of vooral via de schouders?
-
Spieractivatie: welke spieren nemen te veel werk over en welke doen te weinig mee?
Dit geeft direct inzicht in waarom je last hebt van rug-, nek- of schouderklachten en waar de eerste winst te behalen valt.
Stap 2: Ademhaling analyseren
Ademhaling is de kern van houdingstherapie. Hoe je ademt, bepaalt je spierspanning, je energie en zelfs hoe je staat en beweegt.
Veel mensen ademen onbewust hoog en snel, waardoor de ribbenkast vast komt te zitten en de nekspieren continu actief zijn. Dit zorgt voor een gevoel van druk en spanning in het bovenlichaam. Door je ademhaling te analyseren, zien we precies welke spieren overbelast raken en hoe we dit kunnen herstellen.
Stap 3: Ademhaling en spieractivatie trainen
Na de analyse starten we met het trainen van de juiste patronen. We leren je hoe je weer vol en ontspannen kunt ademen, waarbij het middenrif en de buikspieren hun natuurlijke rol terugkrijgen.
Daarnaast werken we aan de balans tussen spieren die te hard werken en spieren die juist “slapen”. Dit doen we met eenvoudige, maar effectieve houdingscorrecties en ademhalingspatronen. Het resultaat is dat je lichaam zich kan herpositioneren en de druk van de wervelkolom en gewrichten afneemt.
Stap 4: Bekkenstand herstellen
Het bekken is de basis van je houding. Als het bekken naar voren of achteren gekanteld staat, heeft dit direct invloed op de rest van je lichaam. Een voorover gekanteld bekken zorgt vaak voor een holle rug en spanning in de onderrug. Een achterover gekanteld bekken kan juist leiden tot een stijve heupen en overbelasting van de hamstrings.
Met houdingstherapie brengen we het bekken weer in een neutrale positie. Dit geeft ruimte in de onderrug, zorgt dat de heupen vrijer bewegen en vermindert druk op de SI-gewrichten. Je voelt letterlijk dat je lichter staat en makkelijker beweegt.
Stap 5: Ribbenkast in balans brengen
Naast het bekken speelt de ribbenkast een grote rol. Een ribbenkast die te veel naar voren staat, kan de ademhaling blokkeren en de schouders naar voren trekken. Staat de ribbenkast juist te veel in extensie, dan worden de nekspieren overbelast en voelt ademen vermoeiend.
In houdingstherapie leren we je ribbenkast weer in een natuurlijke positie te brengen en vrij te laten bewegen bij elke ademhaling. Dit zorgt voor ontspanning in de nek en schouders, een betere longinhoud en meer energie.
Stap 6: Duurzaam resultaat en preventie
Wanneer bekken en ribbenkast weer in balans staan, voel je al snel verschil: je ademhaling is rustiger, je bewegingen zijn lichter en je houding voelt stabieler. Maar het belangrijkste is dat dit geen tijdelijk effect is.
Door nieuwe patronen aan te leren, bouw je een sterke basis op. Je krijgt praktische adviezen mee die je dagelijks kunt toepassen, zodat je lichaam in balans blijft en klachten niet terugkeren. Daarmee is houdingstherapie niet alleen een behandeling, maar ook een investering in een gezond en vitaal lichaam.
Conclusie
Houdingstherapie helpt je houding verbeteren door eerst te begrijpen hoe jouw lichaam compenseert en ademt. Via een assessment brengen we in kaart hoe je bekken en ribbenkast staan, hoe je ademt en welke spieren overbelast zijn. Daarna leer je stap voor stap je ademhaling te herstellen, de juiste spieren te activeren en je lichaam opnieuw uit te lijnen.
Het resultaat? Minder rug-, nek- en schouderklachten, een betere houding en meer energie in je dagelijks leven.

0 reacties